Duiding


Preventie van recidiverende urineweginfecties met Lactobacilli?


28 04 2013

Zorgberoepen

Duiding van
Beerepoot MA, ter Riet G, Nys S, et al. Lactobacilli vs antibiotics to prevent urinary tract infections. Arch Intern Med 2012;172:704-12.


Besluit
Uit deze non-inferioriteits-RCT blijkt dat een profylactische orale behandeling met twee Lactobacilli-stammen, die niet als geneesmiddel geregistreerd zijn in België, minder werkzaam is dan de combinatie sulfamethoxazol-trimethoprim voor de preventie van recidiverende urineweginfecties bij postmenopauzale vrouwen. Het aantal gecompliceerde infecties en de resistentie tegen verschillende antibiotica lag duidelijk hoger in de antibioticagroep.



 

Voor vrouwen met recidiverende urineweginfecties (UWI’s) bestaan er verschillende behandelingsopties. Op basis van de resultaten van een Cochrane meta-analyse besloten we dat veenbespreparaten het aantal urineweginfecties mogelijk verminderen bij vrouwen met recidiverende UWI’s (1). Uit de resultaten van een RCT bleek dat veenbessensap minder effectief was dan een combinatie van trimethoprim-sulfamethoxazol (TMP-SMX) als preventie van recidiverende UWI’s bij premenopauzale vrouwen. Gezien de toegenomen resistentie voor verschillende antibiotica gaven we wel aan dat het niet zeker is of deze winst met TMP-SMX in de toekomst zal behouden blijven (2).

 

Uit een observationeel onderzoek bleek dat bij postmenopauzale vrouwen de vaginale flora minder lactobacilli bevatte dan bij premenopauzale vrouwen en dat de mate van kolonisatie met E. coli omgekeerd evenredig was met de aanwezigheid van vaginale lactobacilli (3). Een placebogecontroleerde RCT bij 64 vrouwen (gemiddelde leeftijd 35 jaar) met asymptomatische bacteriële vaginose toonde aan dat orale inname van Lactobacilli de vaginale flora herstelde en de kolonisatie met pathogene kiemen verminderde (4).

Deze vaststellingen brachten een Nederlandse onderzoeksgroep op de idee om te onderzoeken of de inname van Lactobacilli als profylactische behandeling nuttig kan zijn bij postmenopauzale vrouwen met recidiverende UWI’s. In een dubbelblinde RCT met 252 postmenopauzale vrouwen met minstens 3 UWI’s in het jaar voorafgaand aan de studie wilden ze nagaan of een preparaat met Lactobacillus rhamnosus GR-1 en Lactobacillus reuteri RC-14 (109 colony forming units per dag) niet inferieur was aan een profylactische behandeling met trimethoprim-sulfamethoxazol (480 mg per dag) (5). Na 12 maanden was er tussen beide groepen geen significant verschil in daling van het aantal symptomatische UWI’s (dysurie, frequency, urgency) ten opzichte van het jaar vóór randomisatie (primaire uitkomstmaat). Volgens de intention to treat analyse was er een daling van gemiddeld 7 (SD 4,9) naar 2,9 (95% BI van 2,3 tot 3,6) episodes per jaar in de TMP-SMX-groep en van gemiddeld 6,8 (SD 3,4) naar 3,3 (95% BI van 2,7 tot 4,0) in de Lactobacilli-groep. Dit absolute verschil van 0,4 (95% BI van -0,4 tot 1,5) episodes of (anders uitgedrukt) deze relatieve risicoreductie van 13,8% (95% van -13,8% tot 51,7%) overschreed echter wel de vooraf bepaalde non-inferioriteitsmarge van 10%. Daardoor kunnen we dus stellen dat in deze studie een behandeling met Lactobacilli minder werkzaam was dan een behandeling met TMP-SMX. Daartegenover staat wel het feit dat de resistentie van E. coli in urine en stoelgang voor TMP-SMX, trimethoprim, amoxicilline sterk toenam in de TMP-SMX-groep (van 20-40% naar 80-95% in één maand) versus de Lactobacilli-groep. Dat verklaart waarschijnlijk ook waarom er na 12 maanden significant (p <0,001) minder patiënten in de Lactobacilli-groep een gecompliceerde urineweginfectie doormaakten. De onderzoekers stelden daarnaast vast dat de vaginale flora niet veranderde in de Lactobacilli-groep. Deze uitkomstmaat stelt de pathofysiologische werkhypothese dat Lactobacilli zou beschermen tegen kolonisatie met pathogenen en bij uitbreiding tegen UWI’s in vraag.

 

Besluit van Minerva

Uit deze non-inferioriteits-RCT blijkt dat een profylactische orale behandeling met twee Lactobacilli-stammen, die niet als geneesmiddel geregistreerd zijn in België, minder werkzaam is dan de combinatie sulfamethoxazol-trimethoprim voor de preventie van recidiverende urineweginfecties bij postmenopauzale vrouwen. Het aantal gecompliceerde infecties en de resistentie tegen verschillende antibiotica lag duidelijk hoger in de antibioticagroep.

 

 

Referenties

  1. Laekeman G. Minder urineweginfecties met veenbessen? Minerva 2009;8(1):10.
  2. Heytens S, Christiaens T. Recidiverende urineweginfecties te voorkomen met veenbessensap? Minerva 2012;11(1):10-11.
  3. Pabich WL, Fihn SD, Stamm WE, et al. Prevalence and determinants of vaginal flora alterations in postmenopausal women. J Infect Dis 2003;188:1054-8.
  4. Reid G, Charbonneau D, Erb J, et al. Oral use of Lactobacillus rhamnosus GR-1 and L. fermentum RC-14 significantly alters vaginal flora: randomized, placebo-controlled trial in 64 healthy women. FEMS Immunol Med Microbiol 2003;35:131-4.
  5. Beerepoot MA, ter Riet G, Nys S, et al. Lactobacilli vs Antibiotics to Prevent Urinary Tract Infections. Arch Intern Med 2012;172:704-12.
Preventie van recidiverende urineweginfecties met Lactobacilli?

Auteurs

Laekeman G.
em. Klinische Farmacologie en Farmacotherapie, KU Leuven
COI :

Woordenlijst

Codering





Commentaar

Commentaar