Tijdschrift voor Evidence-Based Medicine



Farmacologische preventiestrategie voor diabetes type 2


Minerva 2003 Volume 2 Nummer 3 Pagina 49 - 50

Zorgberoepen


Duiding van
Chiasson J-L, Josse RG, Hanefeld M, et al, for The STOP-NIDDM trial research group. Acarbose for prevention of type 2 diabetes mellitus: the STOP-NIDDM randomised trial. Lancet 2002;359:2072-7.


Besluit
Uit deze studie blijkt dat acarbose een preventief effect heeft op de ontwikkeling van diabetes. De studie liep over 3,3 jaar, te kort om uitspraken te doen over het effect op lange termijn. De gastro-intestinale bijwerkingen zijn bovendien opvallend en de uitval is hoog. Het is daarom nog te vroeg om acarbose voor te schrijven ter preventie van diabetes. Personen met een groot risico diabetes te ontwikkelen, hebben baat bij een evenwichtige voeding en voldoende lichaamsbeweging.


 

Minerva Kort biedt u korte commentaren op publicaties die door de redactie van Minerva zijn geselecteerd. Interessante en voor huisartsen relevante studies die niet direct in een ruimer kader kunnen of moeten worden besproken, krijgen een plaats in deze rubriek. Iedere selectie wordt kort samengevat en van enkele regels commentaar voorzien door een referent. De redactie van Minerva wenst u veel leesgenot.

 

Samenvatting

 

Acarbose is een inhibitor van de intestinale alfa-glucosidasen die de resorptie van koolhydraten door de darm vertragen. Dit zwakt de postprandiale hyperglykemie en de insulinerespons af 1. De STOP-NIDDM is een multicenter en correct gerandomiseerde, dubbelblinde studie die werd uitgevoerd in Canada en Europa. Inclusiecriteria waren een gestoorde 75 g glucosetolerantietest (glykemie na 2 uur tussen 147 en 209 mg/100ml), een nuchtere glykemie tussen 107 en 144 mg/100ml en een BMI tussen 25 en 40 kg/m2 (gemiddeld 31). Ze vergelijkt een behandeling gedurende drie jaar met acarbose (3 x 100 mg/dag, n=682) met de toediening van placebo (n=686). Het primaire eindpunt was de diagnose van diabetes aan de hand van een orale glucosetolerantietest. De analyse was van het type intention-to-treat.

Er was een belangrijke uitval van deelnemers in de loop van de studie: 211 (31%) in de acarbosegroep en 130 (19%) in de placebogroep stopten de behandeling voortijdig. In de acarbosegroep ontwikkelden 221 (32%) personen diabetes vergeleken met 285 (42%) in de placebogroep (relatief risico waarbij de uitkomst een negatieve lading heeft; bijvoorbeeld het risico van dood.">RH 0,75; 95% BI 0,63- 0,90; p=0,0015). Bovendien normaliseerde acarbose de gestoorde glucosetolerantie. De verschillen bleven bestaan, hoewel progressief verzwakkend, nadat op het einde van de studie alle deelnemers gedurende drie maanden placebo kregen. De auteurs besluiten dat bij patiënten met een gestoorde glucosetolerantietest de ontwikkeling naar type-2-diabetes kan worden vertraagd door behandeling met acarbose als alternatief voor of samen met veranderingen in levensgewoonten.

 
 

Bespreking

 

De randomisatie van de geïncludeerde personen lijkt adequaat te zijn gebeurd en is correct beschreven, maar over de blindering kunnen wel vragen rijzen: acarbose heeft immers erg duidelijke gastro-intestinale nevenwerkingen, met name flatulentie, diarree en buikkrampen. Het is daarom niet duidelijk wie ‘blind’ is gebleven in de ‘luidruchtige acarbosewereld’. In de acarbosegroep stopte een derde van de deelnemers voortijdig met de studie tegenover 19% in de controlegroep. Dit verschil is grotendeels toe te schrijven aan de gastrointestinale neveneffecten: 136 (19%) in de interventiegroep vergeleken met 37 (5%) in de controlegroep. De auteurs berekenen een number needed to treat geeft aan hoeveel personen moeten worden behandeld gedurende de bestudeerde termijn om één extra geval van een bepaalde ziekte te genezen of te voorkomen. NNT = 1 / ARR(%) * 100">NNT van 11; dit wil zeggen dat 11 personen gedurende 3,3 jaar met acarbose moeten worden behandeld om één geval van diabetes te voorkomen. Het NNT is wel een patiëntvriendelijker maat voor het absolute effect van een interventie; een lage NNT daarentegen geen vrijbrief! Hiermee wordt bedoeld dat andere elementen zoals de neveneffecten van de interventie en de kwaliteit van leven (omdat geen echte gewenning optreedt voor de gastro-intestinale luidruchtigheid) mede bepalend zijn voor de klinische relevantie van een interventie.

De populatie waaruit de studiepersonen werden geselecteerd vertoonde bovendien wel een erg groot risico om diabetes te ontwikkelen (eerstegraads verwant zijn van een persoon met diabetes type 2). Dit kan het resultaat vertekenen. Hoe zouden de resultaten van deze studie er hebben uitgezien als ze ‘head-to-head’ werden vergeleken met dieet of voldoende lichaamsbeweging? In dit artikel rapporteren de onderzoekers dat alle deelnemers werden ‘gewezen’ op het belang van een dieet en voldoende lichaamsbeweging. Wat dieet betreft, wordt gerapporteerd dat er een raadpleging was bij een diëtiste vóór de randomisatie en daarna éénmaal per jaar. Is dit contaminatie of eerder onderbehandeling?

Op dit ogenblik wordt gewerkt aan een systematische review over het effect van á-glucosidase-inhibitoren op de mortaliteit, de morbiditeit en de kwaliteit van leven van personen met diabetes type 2. In tweede instantie wordt gekeken naar metabole parameters in verband met het glucose- en lipidenmetabolisme 2. Afwachten dus.

 

Belangenvermenging/financiering:

Deze studie werd gefinancierd door het ‘Royal Liverpool Children’s NHS Trust Endowment Fund’. Er is geen belangenvermenging gemeld.

 

 

Besluit

 

Uit deze studie blijkt dat acarbose een preventief effect heeft op de ontwikkeling van diabetes. De studie liep over 3,3 jaar, te kort om uitspraken te doen over het effect op lange termijn. De gastro-intestinale bijwerkingen zijn bovendien opvallend en de uitval is hoog. Het is daarom nog te vroeg om acarbose voor te schrijven ter preventie van diabetes. Personen met een groot risico diabetes te ontwikkelen, hebben baat bij een evenwichtige voeding en voldoende lichaamsbeweging 3.

 

 

Literatuur

  1. Scheen AJ, Jandrain B, Paquot N. Contrôle pharmacologique de l’hyperglycémie post-prandiale. Med Hyg 2001; 59:1619-24.
  2. Van de Laar F, Wang S, Lucassen P, et al. Alpha-glucosidase inhibitors for type 2 diabetes mellitus (Protocol for a Cochrane Review). In: The Cochrane Library, Issue 3, 2002. Oxford: Update Software.
  3. Diabetes Project Vlaanderen. Een interdisciplinaire consensus over het beleid van niet-insulinedependente diabetes mellitus in Vlaanderen. Berchem: VDV, VHI, WVVH, 1997.

 

Gebruikte productnamen

 

Acarbose: Glucobay®

 

Farmacologische preventiestrategie voor diabetes type 2

Auteurs

Vermeire E.
Vakgroep eerstelijns- en interdisciplinaire zorg, Centrum voor Huisartsgeneeskunde, Universiteit Antwerpen
COI :

Codering





Commentaar

Commentaar