Resultaat op trefwoord : 'elektronisch medisch dossier'


Aantal resultaten : 3 artikel(s) - 2 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)

Kan de integratie van aanbevelingen in het EMD de behandeling van diabetespatiënten verbeteren?

Rayane J. , De Jonghe M. , Joly L. , Mouillet M.

Minerva 2022 Vol 21 nummer 9 pagina 200 - 204


Uit deze systematische review blijkt dat de integratie van richtlijnen voor de klinische praktijk in het EMD de resultaten op intermediaire eindpunten zoals lipidencontrole en arteriële bloeddruk zou kunnen verbeteren. De resultaten zijn minder duidelijk voor het geglyceerd hemoglobine (HbA1c) bij diabetespatiënten, met een groter effect bij combinatie van de verschillende interventiestrategieën. De soms aanzienlijke methodologische beperkingen van de review en de grote heterogeniteit op het vlak van strategieën en uitkomstmaten laten ons niet toe een uitspraak te doen over de meerwaarde van deze benadering.

Uit deze clustergerandomiseerde gecontroleerde studie kunnen we besluiten dat online feedback op het antibioticavoorschrijfgedrag van een praktijk gecombineerd met een beslissingsondersteuningstool in het elektronisch medisch dossier (EMD) het voorschrijven van antibiotica vermindert bij volwassenen, maar niet bij kinderen of ouderen, met een acute luchtweginfectie. De grootte van het effect is echter ondermaats en vraagt om verder onderzoek.

Deze cluster-gerandomiseerde RCT toont aan dat het gebruik van antibiotica bij acute respiratoire aandoeningen kan verminderen door de huisarts te verplichten om een verantwoording voor het voorschrijven van antibiotica in het EMD te noteren en door het voorschrijfgedrag van de huisarts voor antibiotica via e-mail te vergelijken met dat van zijn collega’s. Beslissingsondersteuning in verband met het voorschrijven van antibiotica via het EMD bleek in deze studie geen effect te hebben.

Antidepressiva en het risico van QT-verlenging

Foulon V. , Laekeman G. , Vandael E.

Minerva 2013 Vol 12 nummer 10 pagina 127 - 128


Deze observationele studie toont een significante dosisgebonden verlenging aan van het QTc-interval met citalopram, escitalopram, amitriptyline en methadon. Voor andere antidepressiva kon er geen significante correlatie worden aangetoond. De klinische relevantie van deze QT-verlenging is echter nog onduidelijk. Gemiddeld genomen overschreed geen enkele dosis de als abnormaal beschouwde grens van 450 ms in lengte van het QTc-interval.

Uit deze clustergerandomiseerde, gecontroleerde studie blijkt dat het systematisch schriftelijk bevragen en includeren van de familiale cardiovasculaire voorgeschiedenis in de cardiovasculaire risicoberekening, statistisch significant meer risicopersonen detecteert dan een klassieke cardiovasculaire risicoberekening op basis van dossiergegevens. Hierbij nam de angst van de deelnemers niet toe. Of een betere identificatie van hoogrisicopatiënten ook resulteert in een betere klinische uitkomst kunnen we uit deze studie niet afleiden.